Zomer 2024

Lente

Zomer

Herfst

Winter


Zomer 2024

11 september 2024

Wat een weersomslag! Ik kan me bijna niet meer voorstellen dat ik met mijn dochter zondag nog zo heerlijk in de tuin zat te genieten van het mooie weer. Wind, regen, wolken. De lucht is een spektakel, een voortdurende opbouw van nieuwe wolkenpartijen die door de zon beschenen worden. Zo mooi en zo Hollands.

Drie dagen geleden fotografeerde ik nog wat er aan bloeiends in de tuin stond, en dat was best veel. Neem de Salvia die opeens weer volop bloemstelen maakt.

Ik ontdekte op de plant ook nog een kleine Kaneelglasvleugelwants (Corizus hyoscyami). Als het seizoen vordert, zoekt hij een plekje op de bodem waar hij tussen het afgevallen blad overwintert.

De Zinnia blijft ook maar groeien en doorbloeien en staat in de vochtige grond veel hoger op de stelen dan “hoort”. Ik zaai hem elk jaar, het is zo’n dankbare plant.

Calimeris is ook een fijne plant. De bloemen doen denken aan herfstaster maar het is een aparte soort en hij bloeit al in de zomer. In de tuin staat hij nu nog steeds z’n beste te doen. De plant is afkomstig uit China, Korea en Japan en er zijn 10 soorten van. De Kalimeris incisa ´Blue Star” vind ik de mooiste. Blauw en lila zijn mijn favoriete kleuren.

Behalve naaktslakken zijn er dit jaar ook heel veel huisjesslakken en je kunt bijna niet voorkomen dat je er soms een kapot trapt. Een naar geluid geeft dat. Het huisje groeit nooit meer aan en de slak gaat dood. Na de geboorte van een slak, zit er al een minuscuul huisje op zijn rug. Het kalk dat daarvoor nodig is maakt hij zelf. Het huisje is voorzien van een soort laklaagje. De binnenkant is bekleed met parelmoer. Mooi toch? Slak en huisje groeien synchroon door tot het winter wordt, dan gaat de slak in rust. Eenmaal volwassen toont het slakkenhuis een aantal groeilijnen. Dit nog heel jonge slakje móest ik wel fotograferen, het zag er zo kwetsbaar uit…

8 september 2024

Het is zondagmiddag, voorlopig de laatste mooie zomerdag. In een naburige tuin hoor ik een jonge Ransuil doorlopend roepen. Die is te ver uit het bos gevlogen en moet wachten tot een oudervogel hem vanavond komt terug roepen. Morgen krijgen we herfstweer en dat zal even wennen zijn. Er vliegen nog volop vlinders en de klimop begint net in bloei te komen. Daar zullen ze misschien niet meer van profiteren, het voorspelde slechte weer zal ze waarschijnlijk de das omdoen. De meeste vlinders leven maar kort, behalve de Atalanta die een trekvlinder is en het zuiden van Europa gaat opzoeken. De citroenvlinder, Gehakkelde aurelia, Kleine vos en Dagpauwoog zullen op een veilig plekje onze winter doorbrengen.

De laatste dagen kwamen de hoornaars op de pruimenprut af die ik had neergezet om vlinders te lokken. Ik zag hoe de hoornaars telkens probeerden een vlinder die argeloos wil mee wilde eten, te grijpen maar de lichtgewichtjes waren veel sneller dan de relatief zwaardere hoornaars. Totdat ik gisteravond vlindervleugeltjes vond, dus toch nog slachtoffers. Als eenmaal een prooi gevangen is, worden eerst de vleugels van het slachtoffer verwijderd. Ik heb de restanten van de pruimen maar weggehaald.

Hoornaars zijn bij tijd en wijle elkaars concurrenten als het om voedsel gaat en zo nodig gaan ze een korte knokpartij aam om de ander te verjagen.

Steen houdt de warmte vast en dat weten de vlinders. Daarom zie je ze in de ochtend vaak op muren zitten om op te warmen. Ze hebben een temperatuur van minimaal 20 graden nodig om genoeg energie te tanken voor de vliegspieren. Bij 30 graden voelen ze zich optimaal.

Gisteravond heb ik tot laat buiten gezeten om te proberen een nachtvlinder te lokken. Het resultaat was nul. Ook bij het buitenlicht van mijn buurman was niets te zien. Waar is de tijd dat we om elke brandende lantaarnpaal allerlei vlindertjes zagen vliegen….

5 september 2024

De laatste mooie weken brengen ons een veelvoud aan vlinders. Heerlijk al die fladderaartjes te zien rondvliegen. Ze zijn overwegend van een derde generatie. De Kleine vos is deze nazomer goed waar te nemen. Ik vind het een prachtige vlinder met die fraaie tekening langs de vleugelzomen. Hier samen met een Dagpauwoog op Verbena bonariensis.

De Gehakkelde Aurelia doet het ook aardig dit jaar vergeleken met vorige zomer. Een mooie vlinder die net als de vorige graag vliegt op de vlinderstruik. Hier op de laatst bloeiende plant van het Jacobskruiskruid.

Omdat deze zomer dankzij alle regen eindelijk de phloxen het weer eens goed doen, komt de Dagpauwoog er regelmatig op foerageren. Op de phlox Magenta levert het een spetterend kleurplaatje op.

Het Bont zandoogje zie ik de laatste dagen maar af en toe. Er schijnt een invasie te zijn van het Landkaartje maar ik heb er hier nog niet een gezien.

De Hoornaar is er sinds kort, ik had hem al gemist. Vorige jaar waren er juist heel veel, dit jaar een stuk minder. Mensen zijn vaak bang als ze het forse insect zien maar je kunt hem echt heel dicht benaderen, ze steken niet, behalve als ze zich bedreigd voelen of een nest in de buurt hebben. Ik lok ze met een schijf meloen en rotte pruimen uit de tuin van mijn buurman. Daar komen trouwens ook alle vlinders op af.

1 september 2024

Ik zie nog maar zo bedroevend insectenleven in de tuin dat ik nu alles wat maar op een beestje lijkt gretig fotografeer. Op het blad van een Gulden roede zag ik een piepklein beestje en wist niet wat het was. Dus dat heb ik opgezocht. Het is een Sneeuwbalhaantje (Pyrrhalta viburni), een keversoort uit de familie bladkevers. Het leeft alleen maar op Viburnumsoorten, met als favoriet de Gelderse roos. En die staat er naast met inmiddels glanzend rode bessen. Het haantje knaagt kleine holletjes in verse takjes van de struik en legt daar per holletje vijf eitjes in. Aangezien het haantje hoogzwanger was, gezien aan het feit dat zijn lijfje niet eens meer onder het dekschildje paste, heeft ze nog heel wat te doen om haar 250 tot wel 500 eitjes af te zetten.

De Kaneelglasvleugelwants (Corizus hyoscyami) liet zich ook weer eens zien. Reigersbek Erodium spec. is een belangrijke waardplant. In de maand augustus is deze wants doorgaans veelvuldig te zien in een nieuwe generatie. Jarenlang was ook zo maar dit jaar zie ik ze nauwelijks in de tuin. Tja, ik kan het niet helpen, al die negatieve berichten maar helaas is dat de toestand. Telkens hoor en lees je weer hoe ontzettend slecht het gaat met het insectenleven.

Over de weg langs het bos liep een mooie rups van de Wapendrager (Phalera bucephala) op zoek naar een plekje om te verpoppen. Dat doet hij in een holte onder de grond en overwintert daar.

De vlinder die er uitkomt is een wonder van camouflage, mimicry genoemd. Hij lijkt op een berkentakje en tegen een boomstam valt hij nauwelijks op.

31 augustus 2024

Tussen ons huis en de bosrand liggen 5 tuinen en in de achterste tuin stond een prachtige berkenboom. Hoewel die al meer dan 50 jaar oud was, stond hij er nog pontificaal bij en torende trots hoog boven alle groen uit. De berk vormde een tussenhalte en verblijfplek voor vogels. In de zomer hoorde je dagelijks het gekwetter van puttertjes die er zaten en in de winter zag je ze in groepen met sijsjes in en uit de boom vliegen. Ook de specht en de gaai stopten er even om wat later door te vliegen naar onze kant. Hoog in de top zaten altijd houtduiven hun gebied te overzien. Ik probeerde er tijdens de winter wel eens van iets te fotograferen maar eigenlijk was dat te ver voor mijn camera.

Als ik ergens een hekel aan heb is het wel aan het grommende en jankende geluid van motorzagen die een boom te lijf gaan. En dat gebeurde twee dagen geleden. De tuin had nieuwe bewoners gekregen en het huis werd energieneutraal gemaakt, inclusief zonnepanelen. En die moesten natuurlijk volop zon vangen.

Het duurde meer dan een dag eer de berkenboom vernietigd was en het er opeens uitzag of hij nooit bestaan had. Hoeveel bomen zouden er in ons land al niet verdelgd zijn ten faveure van de zonnepanelen. Er zal we nooit onderzoek naar geweest zijn maar al die bomen vormen een verlies van biotopen. Money is the root of all evil, zegt het Engelse gezegde en dat geldt zeker voor de natuur die altijd de verliezer is.

27 augustus 2024

Met zoon en kleinzoon een wandeling gemaakt door het Herikhuizerveld in Rheden. De heide bloeide volop en al dat paars bood een bijna adembenemende aanblik. Er zijn natuurlijk meer heidevelden in Nederland maar dit gebied rondom De Posbank kent hier geen gelijke.

De hoogteverschillen zijn er spectaculair en te danken aan de 150.000 jaar geleden IJstijd, toen oprukkende ijstongen (uitlopers van gletshers) vanuit Noord-Europa de bodem voor zich uitschoven en "bergen en dalen" op de Veluwe veroorzaakten in de vorm van stuwwallen. Voor de wandelaar is het wel een hele onderneming om kilometers achtereen te klimmen en te dalen. Maar je krijgt wel veel voldoening terug voor al dat geploeter door die schitterende omgeving.

23 augustus 2024

De Berkenkielwants (Elasmostethus interstintus) is een algemene soort maar zelfs die zie ik in de tuin nog zelden. Deze wants heeft een voorkeur voor berken zoals de naam al aangeeft. De nimfen maken vijf vervellingen door en in de loop van dat proces gaan de opvolgende verschijningen steeds meer op het volwassen insect lijken. Als ik het me goed herinner heb ik met deze nimf de soort slechts voor derde keer deze zomer in de tuin gezien. Vandaag en morgen kunnen nog waarnemingen van wespen worden doorgegeven. Ik heb er 0 kunnen tellen. Zelfs toen op de tuintafel een schaal vol gebak stond, kwam er geen wesp op af.

Kruisspinnen zijn er nu aardig wat, telkens loop ik met mijn gezicht tegen hun draden aan. Het gaat duidelijk beter dit jaar dan het vorige. De spinnenvrouwtjes zijn nog maar heel klein en moeten nog heel wat eten voor ze in de herfst eitjes kunnen leggen.

Omdat het op de volkstuin vanwege de naaktslakken niet lukte met de sperzieboontjes, heb ik er wat bij huis gezaaid in een bak. Een soort die ik niet eerder had, bruine zaden en zacht lila bloemen die heel lange dunne bonen vormen. Er is niets lekkerder dan vers geplukte boontjes. Het is mij dan ook een gruwel dat mijn dochter en de hare het liefst sperziebonen uit blik eten, die vinden ze het lekkerst. Grrrrr!

Bij het determineren van libellen spelen de vleugels een grote rol. De complexe loop van de aderen, en hoe ziet zo’n donker plekje – het pterostigma –eruit, alles is uniek voor een bepaalde soort libel. Glazenmakers zijn zo dom om laag over de grond te vliegen en zo viel deze ten prooi aan de poes. Ik zag er dit jaar heel wat uit de vijver opstijgen.

17 augustus 2024

2024 Is het jaar van de wesp. Dat betekent dat aan dit insect speciale aandacht wordt besteed aangezien het niet goed gaat met de wespen. Vanaf vandaag tot en met zondag 25 augustus wordt de bevolking gevraagd door te geven hoeveel wespen ze in hun tuin zien. Kies daarvoor een bloemrijke plek in je tuin en ga daar 30 minuten zitten kijken. Het aantal wespen dat je waarneemt kun je doorgeven via deze website waar je instructies vindt en beschrijvingen van de verschillende wespen. https://wespenstichting.nl/wespentelling/ Op de foto zie de je Middelste wesp.

12 augustus 2024

Wat een verademing om na zo’n 30-plusdag tot laat in de avond buiten te kunnen zitten. Tegen 20.30 uur zag ik een vleermuis overkomen. Vroeger (tja, helaas weer “vroeger”) zagen we 's zomers vaak meerdere vleermuizen op een warme avond heen en weer vliegen tussen beide berkenbomen voor ons huis. Druk waren ze aan het jagen op insecten. Ditmaal zag ik er één. Maar altijd vliegend vanuit de richting bebouwde kom via een corridor van tuinen naar het bos. Ik zou zo graag willen weten waar zo'n vleermuis zijn verblijfplek heeft. In de omgving zijn wel veel grote, boomrijke tuinen dus misschien hangen daar wel vleermuizenkasten. Een vleermuis is goed te herkennen doordat hij langzamer vliegt dan een vogel en je zijn silhouet heel goed kunt waarnemen.

Het is een zomer waarbij je soms de kluts kwijtraakt. Want waarom vallen de vruchten van de Lijsterbes op de grond. De stoep voor het huis ligt er vol mee en de bessen zijn verdroogd terwijl er juist zoveel water in de bodem zit. Of is dat juist het probleem? Jammer voor de vogels dat dit voedsel er in de herfst niet meer is. De krentenboom in de tuin heeft al zoveel blad laten vallen dat ik door de takken de blauwe lucht kan zien. De straten liggen al zo vol met afgevallen berkenblad dat het eerder september lijkt dan augustus. Het lijkt of de seizoenen aan het veranderen zijn.

In het buitengebied, waar ik twee weken geleden een fietstochtje maakte, zag ik beuk en eik die met de wortels in het water stonden en dood waren gegaan door gebrek aan zuurstof in de bodem. Dat valt tenminste te verklaren.

In de tuin viel het me op dat de planten deze zomer zonder droogte overwegend bestand zijn tegen de hitte. Dat hebben we dan weer te danken aan de vochtige bodem. Nederlanders klagen altijd over het weer, is het te nat, of juist weer te droog, te fris of juist weer te warm voor de tijd van het jaar, het lijkt nooit goed. Interessant om nu eens goed te kunnen waarnemen wat de verschillende weersomstandigheden doen met de natuur. Het Duifkruid in de tuin heeft zich dit jaar explosief uitgebreid en uitgezaaid, en is zo hoog geworden dat de stengels plat over het gazon hangen. Die heeft het deze zomer zeer naar de zin. Het teveel moet ik maar zien kwijt te raken.

5 augustus 2024

De tuinvlindertelling van afgelopen weekend heeft nog nooit eerder zo’n slecht resultaat opgeleverd. Zelf zag ik ook maar relatief weinig vlinders, en de laatste dagen helemaal nauwelijks. Af en toe een witje en een citroenvlinder. Geen dagpauwogen meer, of atalanta’s terwijl hier in de tuin toch heel wat in bloei staat, waaronder een aantal wilde planten als Koninginnenkruid, Kattenstaart, Duifkruid e.a. Het zijn mijn eigen waarnemingen, wellicht is het elders beter. Foto: Klein geaderd Witje.

Vorige week viel het me in het buitengebied ook al op dat bijvoorbeeld op de schermbloemigen met uitzondering van bijen en zweefvliegen nauwelijks wat te zien was. Dit is een foto uit 2009, wat een verloren rijkdom al die landkaartjes! In het voorjaar zijn ze oranje, in de zomer in een tweede generatie zoals op de foto.

Helaas blijkt er dit jaar niets meer over te zijn van de populatie Kleine parelmoervlinder die de laatste jaren op de volkstuinen vloog. Vorig jaar werd het al beduidend minder, nu is dus alles verloren gegaan.

2023 werd ook al het “slechtste vlinderjaar ooit” genoemd, dus we kunnen gevoeglijk aannemen dat het treurig gesteld is. De oorzaken blijven hetzelfde, genoemd worden landbouwgif, verlies van biotopen, stikstof, verdroging, klimaatverandering en waterkwaliteit. Vlinders zijn slechts een element, dit voorjaar stelden Universiteit Leiden, Naturalis en het Nederlands Instituut Voor Ecologie in een nieuwe studie: bloeiende planten verdwijnen uit de Nederlandse natuur door tekort aan insecten. De kringlopen functioneren niet meer en dat is zorgelijk. Foto: Kleine vos.

4 augustus 2024

Tussen de bedrijven door snel even een rondje door de tuin. Een bak vol Ipomea zit vol bloemen. Dit jaar heb ik ze niet gezaaid maar ze kwamen op uit de zaden van vorige zomer die nog in de bak lagen. Mooie bloemen die maar kort bloeien. Na een halve dag sluiten ze de deuren weer.

Deze Lavatera had ik wel gezaaid. Ik dacht alleen dat het witte waren maar ze blijken dus roze en vormen een dissonant naast de oranje Zinnia. Lavatera is een heel makkelijke plant die overvloedig bloeit.

Dat we vaak dingen vanzelfsprekend vinden komt omdat we er aan gewend zijn. Maar sta er eens bij stil, dan wordt het toch vaak anders. Neem een bloem als deze Kogeldistel. Waarom ziet die er niet uit als een madeliefje of een roos. Al die varieteit in de natuur is iets waarover je kunt blijven verwonderen. De Kogeldistel is een samengestelde bloem, wat wil zeggen dat wat je ziet niet 1 enkele bloem is maar bestaat uit zeer veel afzonderlijke bloempjes die samen het geheel vormen.

De Mexicaanse zonnenbloem zaai ik ook elk jaar. Hij is spectaculair met z'n felle oranje kleur. Niet te geloven dat ik ooit een hekel had aan oranje bloemen, nu vind ik ze geweldig. Op de bloem zit een Puntbijvlieg (Eristalis nemorum), die zijn er heel veel en bezoeken allerlei soorten. Het insect behoort tot de zweefvliegen.

Blauw is een kleur die ik altijd al mooi vond. Het doet denken aan een mooie zomerdag wanneer de lucht strakblauw is. Het IJzerhard begint nu te bloeien en heeft zich enorm uitgebreid, dus kan er weer een stuk verhuizen naar een ander plekje.

2 augustus 2024

Een oude boom die valt, maakt meer lawaai dan een heel bos dat groeit.

31 juli 2024

Vanmiddag maar weer eens op zoek naar de Weidebeekjuffer, bij een sprengenbeek waar ik ze elk jaar wel zie. Maar nu waren er opvallend veel. Prachtige insecten die vliegend als molentjes met hun vleugels wiekelen. De mannetjes waren druk met het verjagen van de concurrenten, de vrouwtjes trokken zich er weinig van aan. Het mannetje is iriserend blauw.

Pas als zo,n juffer door de zon beschenen wordt, zie je de prachtige kleuren.

Het vrouwtje smaragdgroen. Vliegende juweeltjes, dat zijn deze libellen.

Een parend koppeltje. Het vrouwtje legt haar eitjes onder water op planten terwijl het mannetje haar vasthoudt behoedt voor verdrinking. Daarna kijken ze niet meer naar elkaar of hun eitjes om.

25 juli 2024

De vogeltrek is een van de meest fascinerende en bestudeerde natuurverschijnselen op aarde. De najaarstrek vindt bij ons van eind augustus tot in november plaats. Elke trekvogelsoort heeft een eigen ingebouwde klok die het trekmechanisme aanzet. De eerste vogels zijn al verdwenen uit ons land, de koekoek, de fitis en nu ook de gierzwaluw. Sinds 3 dagen is het weer stil in de lucht en ik mis ze elk jaar opnieuw als het weer zover is. Gierzwaluwen worden ook wel de honderd-dagen-vogels genoemd vanwege de drie maanden die ze in ons land verblijven om te broeden.

In andermans tuin die in de vrije natuur ligt, zag ik dit Muntvlindertje (Pyraus ta aurata). Klein maar fijn, je ziet het nog maar weinig helaas. In mijn eigen tuin zag ik het dit jaar maar één keer. Het is een kleine soort van slechts anderhalve centimeter en uit de familie grasmotten.

Wel in de eigen tuin gisteravond een Witte reus (Volucella pellucens) op Duifkruid die dit jaar volop aanwezig is. De zweefvlieg is vooral te zien in de omgeving van bossen en vliegt van mei tot augustus. Ik was in een heel grote tuin in het buitengebied, met een keur aan bloemen en ook daar viel het me weer op hoe slecht het er voorstaat met onze insecten. Telkens vind ik het weer schokkend!

Als de poes een muis binnenbrengt voel ik me schuldig dat ik haar in huis heb gehaald. Er staat evenwel zoveel gezelligheid tegenover, zeker met de vriendelijke, aanhankelijke poes die nu hier woont. Ik nam haar 10 maanden geleden over van mensen die haar niet meer wilden hebben en mijn kinderen drongen er op aan dat ik dat doen zou om weer wat leven in huis te halen na het overlijden van mijn echtgenoot. Maar als ze weer iets te pakken heeft genomen zijn er meteen weer gemengde gevoelens, zoals bij dit jonge spitsmuisje.

In elke tuin groeit hij wel, het “onkruidje” Basterdwederik, Zacht blad en kleine roze bloempjes. Op de oprit naar de garage zag ik een plantje met spierwitte bloempjes dat er erg op leek en daarom heb ik het gefotografeerd. De bloempjes kunnen variëren van wit tot roze en dat wist ik niet. In ons land komen 10 soorten voort, ze horen thuis in de familie van de teunisbloemen. Omdat ze onderling kruisen ontstaan er bastaarden, daar komt de naam vandaan. Alleen specialistisch onderzoek kan uitwijzen om welke soort het gaat. Zo heeft elke plant, nog zo klein of onaanzienlijk, een eigen verhaal en eigen schoonheid. Als je het maar wilt zien.

22 juli 2024

Onder het terras huist een heel grote kolonie van de Zwarte wegmier en momenteel komen de gevleugelde exemplaren uit de kieren tussen de tegels. Toch gaan ze niet op bruiloftsvlucht maar kruipen steeds weer terug het nest in. Misschien is het nog niet het juiste moment, dat hangt af van de - liefst wat vochtige - atmosfeer. In de zomer stopt de mierenkoning met het voortbrengen van vrouwtjes, de werksters die haar en de larven moeten verzorgen. Omdat er voor de voortplanting moet worden gezorgd, komen er nu alleen nog gevleugelde mannelijke mieren bij en idem jonge koninginnen want die zijn nodig voor het voortbestaan. Er wordt in de lucht gepaard. Eenmaal weer met alle 6 beentjes op de grond, verliezen de mieren hun vleugels weer. Mannetjes sterven ongeveer 48 uur na de paring. Vrouwtjes kunnen veel langer leven, soms wel enkele weken tot maanden, terwijl ze nieuwe kolonies stichten.

Floxen zijn zeer geliefd bij het Gammauiltje (Autographa gamma), een trekvlinder uit de familie uiltjes. Het vliegt zowel overdag als ’s nachts. In oktober vliegt het weer terug naar Zuid-Europa. Het vlindertje heeft een razendsnelle vleugelslag en vliegt heel snel van de ene bloem naar de andere.

Zie hoe prachtig de Citroenvlinder wegvalt tegen de kleur van de planten. Als je oplet zie je hoe de vlinder dikwijls op een groene plant neerstrijkt om te rusten.

De Groene kikker die veel later bij de vijver verschijnt dan de bruine, doet er inmiddels het zwijgen toe. Niet iedereen is blij met het luidruchtige gekwaak van deze soort en ik ken mensen in mijn omgeving die de grootste moeite doen om ze weg te halen bij hun vijver, ze laten zich niet makkelijk vangen. Ik vind dat gekwaak wel leuk, de kikker reageert op geluiden. Zitten er mensen te praten op het terras, dan doet hij mee en zelfs vliegtuigen probeert hij te overstemmen. Op de afgelopen warme zondag lag hij er bij als een tevreden kat die zijn pootjes onder zich vouwt en geiniet van de rust om hem heen.

De Grote waterboterbloem (Ranunculus lingua grandiflora) is met zijn heldere kleur een mooie verschijning in het moerasgedeelte van een vijver. Hij wil graag staan op max. 10 cm diepte. Het is wel een woekeraar, dus niet zo geschikt voor bij een kleine vijver.

18 juli 2024

Dit is het eerste Bont zandoogje (Pararge aegeria) dat ik dit jaar zag. Het is een dagvlinder die gewoonlijk van april tot oktober vliegt in drie generaties, dus zou ik hem toch al veel eerder eens gezien moeten hebben, zou je denken. Toen ik hem zag was het al bijna aan het schemeren maar de laatste zonnestralen schenen nog op de Japanse wasbloem waar hij ging zitten.

Toen ik nog wat door de tuin liep, geloofde ik mijn ogen niet toen in een Rood weeskind rood weeskind (Catocala nupta) zag zitten op een stuk meloenschil waar niet veel meer van over was. Even spreidde de vlinder zijn vleugels en liet zijn rode vlekken zien. Maar helaas was ik daarvoor te laat met de camera. Hij ontgaat je bijna als hij met zijn vleugels dicht zit; geweldige schutkleuren die je pas ziet als hij zijn achtervleugels toont.

Het was op 16 april 2018 dat ik deze nachtvlinder voor het laatst gezien heb. Bijna dus op dezelfde datum. Morgen maar snel een half vergane banaan en meloenschil neerleggen in de hoop dat ik hem nog een keer zal zien. Wat lokstof op een stukje boomstam zou misschien ook een optie zijn voor deze nachtvlinder van de loofbossen. Met een beetje geluk ook in je tuin!

Op de volkstuinen is het dit jaar een explosie van de Teunisbloem. Een volkstuinster meldde mij vandaag dat ze er ’s avonds een Teunisbloempijlstaartvlinder (mooi puzzelwoord) had gezien. Dat herinnerde mij aan de jaren uit het verleden dat ik elk jaar tabaksplanten zaaide voor in de tuin en dat daar regelmatig pijlstaartvlinders op kwamen als het donker werd. Kom daar nu nog eens om!

Onze wolkenluchten zijn beroemd, let maar eens op schilderijen van oude meesters. Ik kan er enorm van genieten, zoals van deze dreigende massa die langs de hemel zeilt. Wisselvalligheid is troef deze zomer maar ik vind het niet erg zolang er maar niet een aaneensluiting van regendagen is. Liever dit dan de hittegolven van voorgaande jaren.

15 juli 2024

Een verse Gehakkelde aurelia (Polygonia c-album) op een mooie spierwitte Flox. Van de zomervlinders zijn er nu meerdere soorten te zien. Dagpauwoog is in de meerderheid, maar gezien de explosie van vorig jaar, is dat geen wonder. Bij de Atalanta is er dat een stuk minder, voor zover ik dat waarneem. Het Boomblauwtje zag ik sporadisch, Gehakkelde aurelia en Citroenvlinder af en toe. Het kleine Parelmoervlindertje dat ik jaarlijks op de volkstuin zie, was er tot nu toe niet. Ik krijg toch de indruk dat het vlinderjaar matig is. Ik ben benieuwd wat het oordeel van de Vlinderstichting is, wat later in de zomer.

Ik merk dat ik moeite krijg de onderwerpen in het midden van een foto te kieken. Het verschil van de sterkte in mijn ogen wordt te groot, dus moet ik er op letten terwijl ik dat vaak vergeet. De Citroenvlinder (Gonepteryx rhamni) op de bloem van een Zinnia.

De Atalanta (Vanessa atalanta) is een sterke trekvlinder en dat kun je goed door te volgen met wat een enorme snelheid ze elkaar achtervolgen. Vanuit Zuid-Europa vliegen ze naar het noorden, tot aan Scandinavië toe. Dat is een enorme prestatie voor zo’n klein insect. Bij ons zorgen ze voor nageslacht en trekken dan weer retour naar het zuiden.

Even wist ik niet wat ik zag: een succesvolle kruising tussen een naakt- en een huisjesslak? Nee hoor, eerstgenoemde is gewoon een kannibaal en hier heeft hij de kop in de opening van een huisjesslak gewurmd om het arme dier op te vreten. Dit heb ik deze zomer al zo vaak gezien dat ik me afvraag of er soms hongersnood heerst onder de naaktslakken. Er zijn er zo ontzaglijk veel dit jaar dat dit misschien niet eens zo’n gek idee is…. Een vriendin stuurde mij foto’s van een aantal naaktslakken dat een dood muisje naar binnen werkten. Alleen het schedeltje bleef achter.

Twee parende pyjamawantsen (Graphosoma italicum) doen zich tegoed aan de zaden van het Zevenblad. De insecten blijven soms urenlang elkaar meeslepen als ze aan het paren zijn en ja, dan kun je zomaar zin krijgen om wat te eten.

10 juli 2024

Pas zag ik op de televisie hoe nesten van de mierensoort Mediterraan draaigatje tot diep in de grond met kokend water werden geïnjecteerd teneinde de lastpakjes te verdrijven. Deze mieren kunnen werkelijk enorme nesten maken, dus geen lolletje ze in je tuin te hebben. Het opmerkelijke feit doet zich voor dat in onze tuin de zwarte wegmier die jaarlijks onder de terrastegels nesten heeft, afwezig is. Wel zit de hele tuin vol met nesten van de Gele weidemier, een nieuweling die ik hier nooit eerder zag. Merkwaardige ontwikkelingen.

Mijn man, die ik bijna een jaar geleden verloor, was verzot op pruimen. Reden waarom vele jaren terug een pruimenboom plantte in onze tuin. Nooit zaten daar vruchten aan, de grond was er te droog. Vorig jaar echter ontdekte ik 5 pruimen die rijp tussen de planten vielen waar de slakken er eerder bij waren dan ik. Dit jaar hing de boom dankzij alle regen van de afgelopen maanden vol grote vruchten. Er werd gisteren bar weer verwacht, met hagelstenen van 2 tot 4 cm, dus schudde ik met een stok de rijpe exemplaren van hun takken en ving ze op in een net dat ik eronder gespannen had. Vanmorgen was de boom kaal, alle vruchten eraf gewaaid. Opal heet het ras, ze zijn de lekkerste die je maar kunt krijgen.

De groei dit jaar kent geen einde, vol verbazing zag ik deze grasstengel die hoog tegen de rozenboog was opgegroeid. Twee meter hoog, niet te geloven! Slakken en grassen vieren hoogtij deze zomer.

Er is rechtgesproken waar het de Konikpaarden in de Oostvaardersplassen betreft. Die grazen waar de Grote klit groeit en die maakt zaden die zich in de paardenvachten vast haken. Uit onderzoek bleek dat de ogen van de paarden beschadigd kunnen raken en dat is dus dierenmishandeling. De paarden moeten er worden weggehaald.

Maar waarom dan ook niet dezelfde voorwaarden voor het Gallowayrund? Die hebben nog veel meer last van de zaden die de Grote klit vormen. De paarden worden vaak in de uiterwaarden ingezet voor begrazing. Na verloop van tijd vallen de zaden weer van de vacht, maar tot die tijd lijkt het me knap vervelend voor de dieren.

6 juli 2024

Ik heb de lezers van mijn dagboek om de tuin geleid: ik schreef de vorige keer over de Roofvlieg terwijl het een Gewone bladloper was. Domme vergissing! Bladlopers zitten nooit op bloemen maar alleen op blad. Er wordt verondersteld dat ze daar stuifmeel en honingdauw eten dat op het blad gevallen is, maar geheel duidelijk is het niet. Het zijn echte bosinsecten, hun larven leven van dood hout en dat is daar volop te vinden. Dat ik ze veel in de tuin zie, is omdat ik dicht bij het bos woon.

Een plant die het fantastisch doet in tegenstelling tot in warme droge zomers, is de Flox. Fijn om te zien hoe mooi hij kan bloeien. De Montbretia is belachelijk hoog geworden en de stelen hangen horizontaal in de border. De groei van alles is zo exorbitant dat ik bijna de tuin niet meer uitkom en onophoudelijk aan het snoeien ben. Daarvan krijg ik zo langzamerhand wel genoeg.

De Kikkerbeet in de vijver verliest het van de frequente regenbuien en haar steeltjes zijn niet in staat de bloemen boven water te houden. Die liggen op de oppervlakte als stukjes crêpepapier. De witte kroosvlindertjes die altijd ’s zomers boven het water vliegen, zag ik al weken geleden maar ze zijn verdwenen als sneeuw voor de zon.

Dit is de larve van het kleine Schaakbordlieveheersbeestje (Propylea quatuordecimpunctata), ook wel 14-stippelig lieveheersbeestje genoemd . De larve leeft van bladluizen, eenmaal volwassen geworden kan het kevertje twee jaar worden. Lieveheersbeestjes kunnen heel veel eitjes leggen, afhankelijk van de soort varieert dit van 700 tot wel 1700. De eitjes komen al na vier weken uit. Niet allemaal uit natuurlijk, de meeste ervan worden opgegeten door andere insecten, vogels, of geappreteerd door sluipwespen zodat er geen kevertjes maar wespjes uitkomen. Dat is precies de reden waarom het aantal eitjes zo hoog is.

Deze zomer kunnen we wel bestempelen als “horrorzomer” vanwege de meer dan extreme aantallen slakken. Omdat ze met zovele zijn, wordt er ook heel veel groen verorberd. Een verbijsterend voorbeeld vond ik wel mijn Vaste judaspenning (Lunaria rediviva) die heel mooi gebloeid heeft en fors uitgegroeid was maar waarvan niet meer rest dan een skelet. Van zowel blad als de zilverkleurige platte zaaddozen (hauwtjes) is niets meer over, dus zaaien is er dit jaar niet bij. Opvallend is wel dat de slakken de gewone Judaspenning met rust lieten. Al die slakken...., het geweeklaag van (moestuin)tuiniers is niet van de lucht!

2 juli 2024

Teunisbloem is een geslacht van wel 125 planten waarvan er 3 in ons oand voorkomen. Onderzoek heeft echter uitgewezen dat er zoveel kruisingen zijn ontstaan dat het moeilijk is geworden ze nog te verbinden aan de oorspronkelijke planten. De Middelste teunisbloem (Oenothera biennis) staat vaak in volks- en particuliere tuinen. Bovenaan een stengel staan heel veel bloemen. Elke bloem bloeit maximaal 24 uur en verwelkt dan. Het opengaan van de bloem is bijzonder, je kunt er bij gaan staan in de namiddag en dan zie je hoe in een paar tellen de knop zich opent en er een felgele bloem verschijnt. Leuk om aan kinderen te laten zien. De plant is aantrekkelijk voor nachtvlinders. Vroeger zag ik er nog wel eens een Pijlstaart voor hangen maar tegenwoordig…..

Roofvliegen. Worden ingezet in de stal tegen allerlei vliegen die het vee belagen. De Roofvliegen zijn natuurlijke vijanden van allerlei vliegensoorten. Ze hebben een steeksnuit om die in een prooi te steken en te injecteren met een verterend stofje waarna de roofvlieg het inwendige opzuigt. Ze zijn er in allerlei formaten. Het exemplaar dat ik fotografeerde is een van de heel kleine soorten die in elke tuin op zowat elke bloem te vinden is.

Roofvliegen leggen eitjes die er anders uitzien dan die van bijvoorbeeld wantsen of lieveheersbeestjes. Het geheel is een flink aantal kleine zwarte hulsjes die aaneen geplakt zijn tot een pakketje wat vorm betreft dat er altijd hetzelfde uitziet. Je vindt ze vaak op het blad van waterplanten maar dat ze zoals deze keer gelegd zijn op een ruit is wel heel ongewoon.

Nog altijd komen mezen en mussen naar het voer dat ik nog steeds aanbiedt in de vorm van vetbollen. Opvallend veel jonge meesjes die het gedrag van hun ouders nadoen. Je zou denken dat er in de maand juli van alles en nog wat te vinden is in de natuur maar dat er nog steeds vogels op het “wintervoer” afkomen is ongewoon. Niet eerder ben ik zo lang doorgegaan met voeren. Wel ben ik gestopt met de pindasnoeren die ik aan de schuurdeur hing voor de gaaien want die maakten er wel een grote troep van.

Voor de tweede keer vond ik eitjes van de Grauwe schildwants, wederom op Akelei maar nu op de zaaddoos en niet op de stengel zoals vorige keer. Ik probeer bij te houden wat er gebeuren gaat maar na anderhalve week is er nog geen verandering te zien. Ik hoop maar dat ik op een dag zie dat er nimfjes uitgekomen zijn.

1 juli 2024

Er wordt nogal veel geklaagd over het weer maar voor de rozen is dit een topjaar, die zijn dol op alle vocht in de grond. Wat bloeien ze overvloedig en wat zijn ze mooi!

In sommige landen staat de Westerse karmozijnbes (Phytolacca americana) te boek als “alarm” vanwege zijn gulle verspreiding. Het is een invasieve exoot en meestal betekent dit niet veel goeds. Invasieve planten concurreren vaak de overige vegetatie weg. Meestal komt hij via vogelpoep in onze tuinen terecht. De witte bloemen worden gevolgd door lakrode bessen. Net als de Balsemien wordt ook deze karmozijnbes op veel plekken uitgetgrokken of weggeschoffeld om verdere verspreiding te voorkomen. In onze tuin groeit hij in het hart van een varen.

Ik zie nauwelijks lieveheersbeestjes dit jaar. Eenmaal zag ik een verpopt exemplaar en eenmaal een larvestadium. Aziatische lieveheersbeestjes zijn vaak heel moeilijk te definiëren vanwege hun enorme verscheidenheid in uiterlijk. Aan o.a.de grote witte oogvlekken van dit kevertje zie je dat het een Aziaat is, en deze houd ik op het Viervlekkig Aziatische lieveheersbeestje (Harmonia axyridis). Het voedt zich met bladluizen, en diverse spinnen. Soms is het een kannibaal die zijn eigen soortgenoten opeet.

Soms denk ik dat ik te vaak zeur over de enorme afname van insecten want de een ziet het ook en de ander helemaal niet. Maar afgelopen zondag, in het programma Vroege Vogels werd het toch ook een rampzalig jaar voor de insecten genoemd. Dat sterkt me dan weer in wat ik zelf zie en juist niet zie. Op de Moerasspirea (Filipendula elmaria) langs de vijver zag ik geen enkel insect. Het is een oersterke plant waarvan men heeft kunnen vaststellen dat hij al in de steentijd voorkwam in onze streken. Moerasspirea wordt wel eens de aspirine van de natuur genoemd vanwege haar sterke ontstekingsremmende werking. Het jonge blad kun je gebruiken in salades of om thee van te zetten.

27 juni 2024

Geluksmomentje: in alle vroegte een Appelvink (Coccothraustus coccothrausus) op de drinkschaal die op zo'n 2 meter hoogte staat. Dat geeft vogels vaak wat meer een gevoel van veiligheid. De Appelvink woont in ons land overwegend in de bossen op de zandgrond en daarnaast laat hij zich ook zien in aangrenzende tuinen mits die genoeg beschutting bieden. Het is en schuwe vogel en wie hem te zien krijgt mag zich een gelukkig mens prijzen.

26 juni 2024

Het is bijna niet te geloven hoe snel de bloemen van de Vlinderstruik zich ontwikkelen. Maar wat jammer dat er geen vlinder te zien is, het belooft niet veel goeds. Wel wat andere insecten komen af op de nectar, zoals deze Kleine bijvlieg (Eristalis arbustorum). Bijvliegen behoren tot de zweefvliegen. Ze maken gebruik van mimicry waardoor ze op bijen en hommels lijken en predatoren om de tuin leiden.

De wilde liguster (Ligustrum vulgare) is een inheemse, struikvormige plant uit de olijffamilie, maar niet de uit Japans stammende variant waarvan hagen worden aangeplant. Ik zag hem in de tuin van mijn natuurvriendin, bij wie ik vorige week was. De struik van wel drie meter hoog zat werkelijk boordevol bloemen en hun zoete geur was al van verre te ruiken. Daarop waren maar liefst zes Gedeukte gouden torren te zien, al dan niet parend. Wat een luxe, ik ben al blij als er een per jaar zie! Hoewel de Vlinderstruik de naam heeft, is de Wilde liguster misschien nog wel een betere insectentrekker. Wie een grote tuin heeft zou hem moeten aanplanten, zowel vanwege de insecten als de overweldigende geur.

Dat niet alle insecten schoonheden zijn toont de Bronzen snuitkever (Stophosoma melangogrammum). Een van de vele beestjes die wij vorige week tijdens onze struintocht vonden. Het dekschilden van de kever zijn met elkaar vergroeid waardoor hij niet kan vliegen. Bij verstoring laat hij zich dan ook pardoes vallen. Het 6 mm kleine kevertje is in de nacht actief.

In de kamperfoelie in onze tuin zag ik deze “versierde” blaadjes. De mineervlieg in de Wilde kamperfoelie is een algemene soort zonder Nederlandse naam: Chromatomyia aprilina. Het legt met haar legboor een eitje in het binnenste van het blad. De larve die daar uitkomt, werkt zich al vretend door het bladweefsel en vormt op die manier gangen, de zogenaamde mijnen. De larven worden bladmineerders genoemd. De zwarte stipjes zijn de uitwerpselen van de larve. Het kleine wespje op de foto heeft er niets mee vandoen.

Onze gemeente heeft grote geldzorgen en vindt het dn ook geweldig als burgers een stukje grond adopteren dat ze verzorgen. Dat deed ik ook en voor het huis ligt dan ook een flink perkje dat bij nader inzien toch wel erg veel werk kost. In de bodem zat nog o.a. ontzettend veel Kweek (Elymus repens) nadat het door de gemeente klaar gemaakt was voor beplanting. Dit jaar is het een regelrechte ramp, het kweekgras koloniseert de grond en de moed zakt me in de schoenen het stuk nog langer te onderhouden. Ik heb dan ook al laten weten of ik niet weet of ik dit nog lang ga volhouden.

22 juni 2024

Vanavond eindigde de dag in intensief oranje. Net een dag te laat om de langste dag van dit jaar te markeren. Hopelijk maken de weergoden er wat beters van dan het seizoen dat achter ons ligt, dat zo veelbelovend begon maar halverwege een record aan regenval leverde.

Hoe het ook gaat, de Vlinderstruik is al aan de bloei begonnen, en dit jaar op eenzame hoogte: 2,5 meter. Nu de vlinders nog, je junidip is zo’n beetje wel voorbij maar met de vlinderstand is het bedroevend. Een mooie zomer zou er nog wat van kunnen maken, mits de hitte en droogte afwezig blijven.

Vanmorgen ontdekte ik dat er drie libellen zich ontworsteld hadden uit het water en hun knellende harnas. Een daarvan hing nog de vleugels te drogen aan een stengel watermunt. Ik moest mijn armen door wat planten heen bewegen om een van de Glazenmakers te kunnen fotograferen en liep daarbij meteen een teek op die zich in mijn pols vast hechtte. Het is oppassen met die beestjes, ze zijn er weer volop.

Wat achterbleef waren overblijfselen van het larvestadium onder water. Als je het nooit gezien hebt, denk je dat er een voorwerelds insect aan de waterplanten hangt. De larve leeft een jaar onder water, het imago wordt maar enkele weken vergund.

21 juni 2024

Een of tweemaal per jaar gaan natuurvriendin en ik op pad om insecten te fotograferen. Ditmaal begonnen we in haar tuin waar een grote aanplant van Japanse bottelroos (Rosa Rugosa) staat. Daar zagen we de Rozenzaadwesp (Megastigmus aculeatus) bezig aan de voortplanting. De legboor van de vrouwtjes doet denken aan een zaagje, er wordt een inkeping mee gemaakt in een bottel van de roos, waarin de eitjes worden gelegd. Het wespje is zo klein dat het met het blote oog nauwelijks te zien is. Er moet echt een macrolens aan te pas komen om te ontdekken hoe het er uitziet en dan nog was het moeilijk het wezentje er goed op te krijgen. Macrofotografie is verslavend.

De Wilgenhermelijnvlinder rups (Furcula bifida) vonden we in een natuurgebied. Het is een nachtvlinder uit de familie van de tandvlinders. Deze komt verspreid in Europa en Noord-Afrika voor, aldus de gegevens van Waarneming. Je moet bijna geluk hebben de rupsjes te vinden, door hun kleur vallen ze helemaal weg tegen het blad waar ze op zitten. Voor mij een nieuwe soort.

Cicaden zijn ook altijd leuk om te fotograferen. Deze Populicerus populi (zonder Nederlandse naam) behoort tot de dwergcicaden. Ik kon er verder geen informatie over vinden. Maar wat een mooi beestje! Het is meestal te vinden op populier en wilg.

Dit zijn de eitjes van de Bremschildwants (Piezodorus lituratus) die gelegd werden op de zijkant van een peul van de gelijknamige struik. Zien ze er niet prachtig uit? Na het leggen duurt het twee weken tot ze uitkomen. De rupsen schijnen zeer vraatlustig te zijn. Insecteneitjes hebben de meest uiteenlopende vormen en kleuren. Jammer dat ze zo moeilijk te vinden zijn; je moet er echt naar zoeken en vooral geluk hebben als je ze vindt. Nog leuker is het om te ontdekken welke relaties de insecten met bepaalde planten hebben.

Het is goed uitkijken waar je loopt als je een vijver of ander watertje hebt want het is de tijd om het land op te gaan voor de dikkopjes, om als verder ontwikkeld Bruin kikkertje (Rana temporaria) verder te leven. Ze zien er heel teer uit als je er een op je hand houdt. De Bruine kikker is de meest algemene van de soorten kikkers bij ons .

Op het jonge blad van de Amerikaanse Vogelkers zit het vol felrrode vlekken en blazen die prachtig contrasteren met het verse groen. Soms heel klein, soms als grote vlekken. Ze worden veroorzaakt door een schimmel met de naam Vogelkersbladblaasje (Thaphrina farlowii). Als reactie op de schimmel maakt de waardplant waar hij aan gebonden is een woekering van cellen maar er is een tweede infectie nodig van een andere schimmel die de blaasvorming veroorzaakt . De blaasjes worden beschouwd als gallen.